Met behulp van de Hubble Space Telescope zijn structuren in een gloeiende bubbel van gas en stof bij een stervende ster onthult die voorheen nog niet zo goed in beeld konden worden gebracht. In november van het afgelopen jaar wierp de ruimtetelescoop een blik op de planetaire nevel NGC 2371, waarin een enorm hete kern te vinden is van een voormalige rode reuzenster. De temperatuur op het oppervlak van dit object, welke op 4300 lichtjaar van de aarde ligt, bedraagt zo'n 135.000 graden Celsius.
De opname van de Hubble toont verscheidene opvallende kenmerken, zoals de prominente roze wolken ten oosten en westen van de centrale ster. Deze kleur geeft aan dat ze relatief koel en dicht zijn in vergelijking met de rest van het gas in de nevel. Ook opvallend zijn de kleinere gaswolken die uitgestoten zijn door de ster en gedurende de afgelopen duizenden jaren van richting zijn veranderd. Hier is tot op de dag van vandaag nog geen verklaring voor gevonden, maar er wordt vermoed dat de gebieden onder invloed staan van een metgezel van de centrale ster.
Een planetaire nevel is een groter wordende wolk van gas en stof die uitgestoten wordt door een ster die het einde van zijn leven nadert. De nevel gloeit dankzij de ultraviolette straling van de centrale ster. In slechts enkele tienduizenden jaren verdwijnt het gas en stof en koelt de overgebleven ster in een rap tempo af. Zijn lot zal dan - net als het geval is bij een groot deel van de sterren in het universum - het evolueren in een witte dwergster zijn.
Bron: Physorg
woensdag 5 maart 2008
De laatste bekentenissen van een stervende ster
Gepost door Rinus H
Labels: Ruimte
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten