Historicus Jasper Oorthuys had van jongs af aan meer belangstelling voor krijgsgeschiedenis dan voor andere takken van het vakgebied, zoals economische of culturele geschiedenis. Maar krijgsgeschiedenis was aan de Nederlandse universiteiten niet echt populair. Oorthuys had echter het geluk in Nijmegen de hoogleraar De Blois te treffen, die wel grote interesse had in het onderwerp. Dankzij De Blois kon Oorthuys zich volledig in het strijdgewoel storten, en begin dit jaar is hij zelfs een internationaal tijdschrift gestart, uitsluitend gewijd aan soldaten, veldslagen en legers in de Oudheid: Ancient Warfare.
Een schot in de roos, zo lijkt het. Het aantal abonnementen stijgt gestaag. De abonnees komen vooral uit Engeland en de Verenigde Staten, waar krijgsgeschiedenis een volwaardig onderdeel is van het academische curriculum, en waar ook veel amateurs zich in dit onderwerp interesseren – mede dankzij de niet aflatende stroom films en televisieseries gewijd aan de Oudheid. Sommigen amateurs gaan heel ver. Ze dossen zich uit als Romeinen, Galliërs of Germanen en proberen het soldatenleven van weleer zo getrouw mogelijk na te bootsen. Deze ´re-enactors´, ook in ons land wel bekend, behoren tot Oorthuys´ trouwste lezers.
De oude geschiedenis is doordrongen van oorlog. Er werd altijd wel ergens gevochten, en dienst doen in het leger was een volkomen normaal en gerespecteerd onderdeel van het leven. Oorthuys: ´Ten tijde van keizer Augustus beschikte het Rijk over enige honderdduizenden soldaten. Dat waren allemaal vrijwilligers. Alleen in noodsituaties werd er wel eens een dienstplicht ingevoerd, dat wil zeggen dat er soldaten werden geronseld. Aanvankelijk zat men een jaar of zes in het leger voordat je mocht afzwaaien. Augustus zette dat later vast op zestien jaar. Een eenvoudige soldaat kon carrière maken tot centurio, de leider van een eenheid van zo´n tachtig man. Officier kon hij zelden worden. De hogere posten waren geserveerd voor de Romeinse elite, want de zonen van invloedrijke Romeinen maakten carrière door afwisselend bestuurlijke en militaire ambten te bekleden. Omdat de leden van de Senaat dus allemaal in het leger hadden gezeten, heeft het Romeinse leger nooit een centrale Generale Staf gekend: de Senaat kon zelf als een soort generale staf fungeren.´
Geen lichte taak
Twee Nederlandse re-enactors, Jurjen Draaisma en Marc Sanders, schuiven aan als ik Oorthuys interview. Ze komen regelmatig opdraven,bij historische manifestaties, musea of scholen. Steeds in volledig Romeinse uitrusting. Ons land kent een handjevol groepen van Romeinse re-enactors, alles bij elkaar enkele tientallen soldaten. Romeins soldaat-zijn is geen lichte taak. Sanders: ´Het harnas weegt zo´n tien kilo, daarbij komt de helm van (…) kilo, mijn zwaard, de verdere bepakking… alles bij elkaar sjouw je zo´n 35 kilo mee. Daar moet je dan in principe de hele dag mee lopen. Het heerlijkste moment is dan ook wanneer je aan het eind van de dag alles uit mag trekken. Romeinse soldaten liepen tijdens de training een hele dag, volledig bepakt, zo´n twintig Romeinse mijl, dat is dertig kilometer.´
Oorthuys: We lezen wel eens dat soldaten tijdens een bliksemcampagne veertig kilometer per dag liepen, en dat gedurende een hele week. Dat moet uiterst zwaar zijn geweest. Er zijn skeletten gevonden van soldaten waarbij je aan de botten vergroeiingen ziet, veroorzaakt door het jarenlang sjouwen met zware bepakking.
Gladiator
Draaisma begon zijn carrière als re-enactor carrière in Orientalis, het voormalige Bijbels Openluchtmuseum. ´Daar begon ik als Arabisch koopman, en werd ik uiteindelijk Romeins soldaat. Mijn volgende stap staat al vast: gladiator. Ik ben aan het trainen voor showfights (re-enactors vechten niet, daarvoor is hun uitrusting te kostbaar, mh) en ik werk nu aan een gladiatoroutfit. Zoiets moet je zelf maken. En ik lees veel. Voor mij staat het educatieve voorop. Ik wil de mensen kunnen vertellen hoe het leven toen was.´
De eerste re-enactors moesten alle uitrustingstukken zelf maken, en hun eigen leren schoenen naaien. Nu hoeft dat niet meer. Sanders: ´Twintig jaar geleden, toen ik begon, ging je naar een museum om de resten van een uitrusting te bekijken, en daarna was het reconstrueren en zelf alles maken. Maar het aantal re-enactors in de wereld stijgt momenteel zo sterk, dat er grote vraag is naar dat soort spullen en je kunt tegenwoordig van alles kant-en-klaar bestellen bij bedrijfjes in India. De kwaliteit was ooit bedroevend. En die spullen zijn veel goedkoper dan dat je het hier laat maken. Veel re-enactors kopen hun uitrusting gewoon, en dat betekent weer dat het veel gemakkelijker is om re-enactor te worden.´
'Romeintje spelen'
Romeintje spelen heeft behalve een grote educatieve beslist ook wetenschappelijke waarde. Sanders heeft ooit samen met een Duitse groep een oude Romeinse marsroute in Duitsland gelopen, met volle bepakking. Tegen de avond werd op Romeinse wijze kampement gemaakt, en op Romeinse wijze voedsel bereid. (Sanders: ´Het smaakt heel anders, maar is prima te eten!´) Op die manier ontdekken re-enactors de praktische problemen van het soldatenleven waar leunstoelgeleerden nooit op zouden komen.
Historicus Jona Lendering, die bijdragen levert aan Ancien Warfare en verbonden is aan Livius Onderwijs, noemt het tijdschrift en de bijbehorende site een schoolvoorbeeld van hoe wetenschap zou moeten worden gepopulariseerd’. Te vaak zie je dat academici, als ze hun werk moeten populariseren, door de knieën gaan en de zaak versimpelen, waardoor er een kenniskloof blijft bestaan. Het is beter mensen omhoog te trekken en ze aan te leren dat je meningen moet blijven toetsen. Op RomanArmyTalk gebeurt dat als vanzelf. De volgende stap is een eigen congres. Vorig jaar vond in Augsburg een ontmoeting van Duitse, Vlaamse en Nederlandse krijgshistorici plaats; in november wordt het in Nijmegen wat grootschaliger aangepakt en zijn ook Britten van de partij. Oorthuys: 'Al met al rekenen we op een man of dertig,'
´
dinsdag 9 oktober 2007
Moderne Romeinen
Gepost door Rinus H
Labels: Geschiedenis
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten